10. GR Hageland

1. Leuven – Tienen : (30,1 km)  :  19-03-2021

Detailkaart van de wandeling
Abdij van Park

In deze coronatijden zijn verre wandelreizen minder mogelijk geworden. Waarom het dan niet wat dichter bij huis zoeken ? Een mooie optie is de recent vernieuwde Streek-GR Hageland. Die loopt immers bijna voorbij mijn voordeur !

Half maart is er een periode van zacht en zonnig lenteweer en we profiteren daarvan om de eerste etappe door het Hageland te stappen. We vertrekken aan het wandelknooppunt bij de vijvers van de Abdij van Park en richten onze stappen oostwaarts richting opkomende zon die ons in een stralend blauwe hemel verwelkomt. We genieten even van het prachtige zicht op de abdij van de overkant van de vijvers en duiken even verder onder de spoorlijn Leuven-Luik door om in de Hoegaardse Straat terecht te komen in plaatselijke wegenwerken. Gelukkig laten wandelaars zich daar niet door ophouden en wat verder duiken we in de eerste holle wegen van het Hageland.

Kerk van Hoksem

Die brengen ons redelijk snel ter hoogte van de St. Kamillus kliniek van Bierbeek op een plateau vanwaar we nog een mooi zicht hebben op de Leuvense agglomeratie in de verte. Een oude wegwijzer met enkele Sint Jacobsschelpen wijst er ons op dat je langs hier ook naar Santiago de Compostella kan wandelen, al is dat nog een dikke 2000 km verder ! Doorheen een glooiend landschap tussen akkers en kleine bossen vervolgen we onze weg tot we in het gehucht Bremt bij een kapel uitkomen. Nu en dan moeten we het veld in om ondergelopen stukken veldweg te omzeilen. Wit-rode streepjes (van de GR 512 Diest-Geerardsbergen) vervoegen onze geelrode exemplaren.

Marollenkapel

  Om 11u30 komen we bij het centrum van Vertrijk voorbij het klein St. Luciakapelletje. Het ligt juist naast de Velpe. Het is een tiental jaren geleden gerestaureerd. Ook de mooie Onze Lieve Vrouw Hemelvaartkerk, waar we wat verder langs wandelen, heeft recent een facelift ondergaan. De vernieuwde topogids heeft enkele nieuwe extra’s te bieden, zoals verwijzingen naar dichtbijgelegen stations, maar ook  horeca en rustbanken zijn op de kaartjes aangegeven. Als we dus wat verder de Grote Vondelbeek naderen, vinden we daar de beloofde zitbank, waar we kunnen picknicken.

Als we wat later langs de Hoegaardsestraat (imposante naam voor een veldweg) gaan, zien we wat verder in de velden een mooie zilverreiger staan, een vogel die nog niet zo lang ook onze streken als broedgebied heeft gekozen (weer een gevolg van de klimaatopwarming ?).  We steken de E40 over, wandelen langs Willebringen en zien wat op onze weg door de velden stilaan de toren en huizen van Hoksem uit de vallei van de Mene opduiken. In het dorp zelf bewonderen we even de mooie watermolen en de St. Janskerk met zijn speciale zadeldak en zijn 2 stuks pluimvee op de toren.

Maarts viooltje

Ons volgende rustpunt is de Marollenkapel. We zetten ons in het zonnetje en genieten van het uitzicht over Hoegaarden in de vallei onder ons. Dan gaat het via Hauthem heuvelafwaarts naar het bekende Hoegaarden. En de GR brengt ons pal door de bekende brouwerij tot in het stadje. We zouden hier zeker gestopt zijn om onze dorst te lessen, ware er dat verdomde coronavirus niet geweest ! Nu wandelen we door de buitenwijken verder en passeren langs de Celismolen op de Grote Gete. Wat verder klimmen we op het talud van de oude spoorlijn van Tienen naar Namen, dat nu een voet- en fietspad geworden is. Rechts van ons zien we op een heuveltje de St. Servatiuskapel liggen, terwijl onze aandacht ook getrokken wordt door de mooie Maartse Viooltjes langs het pad.

We kruisen voor de laatste keer de E40 en trekken verder door de Getevallei richting Tienen. Nadat we de Menebeek voor een tweede maal overgestoken hebben, belanden we aan de rand van Tienen bij de spoorlijn, waar we de Streek GR verlaten om naar het station te wandelen. Een dikke 30 km zitten erop en het is tijd om de trein van 16u36 naar Leuven te nemen.

2. Ransberg – Tienen (33,6 km) : 23-04-2021

Detailkaart van de wandeling
Perenboomgaard

We gaan vandaag de Streek GR in tegenwijzer zin wandelen, om ’s avonds bij het station van Tienen uit te komen om vandaar naar Leuven terug te sporen. Om 8u00 stappen we uit bij het kerkje van Ransberg en wandelen de honderd meter naar de Streek GR bij de watertoren. De zon staat in een helderblauwe hemel te schitteren als we de eerste perenboomgaarden passeren. Daarvoor hebben we tussen de groener wordende struiken een glimp kunnen opvangen van het kasteel A Speculo. We dalen doorheen de met bloesems versierde boomgaarden af in de vallei van de Grote Gete. We steken die over via een mooie houten brug en belanden in het plaatsje Bos. Bij de kerk OLV der Zeven Weeën of Smarten praten we even met enkele mannen, die bezig aan onderhoudswerken in de begraafplaats.

OLV van Zeven Weeën, Bos

Wat verder tussen de velden kunnen we reeds de torens van de St. Leonarduskerk van Zoutleeuw tussen de bomen ontwaren, maar het zal nog wel even duren voor we daar aankomen. Want eerst komen we aan de Vloedgracht en die leidt ons noordoostwaarts naar het Vinne. Onze aandacht wordt even getrokken door een torenvalk, die aan het ‘bidden’ is boven de velden naast ons. Hij zet zich even later met zijn buit in één van de nog grotendeels kale populieren, die het landschap hier domineren. Als we bij de gebouwen van het Provinciedomein aankomen, houden we een kleine halte en genieten van de heerlijke bodding (broodpudding), die Magda voor ons gemaakt heeft. Door corona is de plaatselijke brasserie nog altijd gesloten en we hervatten dan ook snel onze tocht langs het meer. Dit grootste zoetwatermeer van Vlaanderen heeft de laatste tijd belangrijke onderhoudswerken ondergaan, zodat het meer nu zijn volledige omvang nog niet bereikt heeft.

Via kleine paadjes bereiken we iets na 11u het centrum van Zoutleeuw. Met zijn kerk en oude stadhuis, is het best een mooi stadje. Het is wel spijtig, dat we niet de St. Leonarduskerk binnen kunnen om de befaamde sacramentstoren en de 15e eeuwse paaskandelaar en Leonardusretabel te bewonderen. We zijn snel doorheen het centrum en begeven ons langs de Kleine Gete zuidwaarts. Ik verwonder me net over het zuivere water dat hier langs ons stroomt en dan zien we de oorzaak ervan iets verder op een brug. De gemeente heeft hier één van zijn drijfvuilvangers geïnstalleerd. Zo houdt het hier al het vuil tegen voor het de stad instroomt en kan het de rommel gemakkelijk verwijderen.

Zoutleeuw

Een kilometer verder bereiken we een fietspad, dat we volgen tot we om 12u een zitbank voorbij komen en besluiten om hier onze picknick te nuttigen. We zijn bijna halfweg onze dagwandeling. De van spoorlijn tot fietspad omgevormde betonstrook is wel wat eentonig, maar het gaat wel goed vooruit. We moeten enkel wat oppassen voor de vele fietstoeristen , die ook profiteren van deze heerlijke, zonnige dag. We steken nogmaals de Grote Gete over en maken wat verder bij Drieslinter nauwer kennis met de beek, als de GR ons langs een Avonturenpad terug bij het water doet aanbelanden.

Begraafplaats Kerk Grimde

Dan wandelen we door het natuurgebied Doysbroek, de thuisbasis van de kamsalamander (of ‘Getedraak’). We belanden tenslotte terug op de oever van de Grote Gete en volgen die nu een hele tijd. Over de met paardenbloemen gevulde velden zien we in de verte nog het kasteel van Wommersom liggen. Na een asfalt-intermezzo bereiken we onze tweede ex-spoorwegbedding, die we nu volgen richting Tienen. Gelukkig maakt het beton wat verder plaats voor een mooie zandweg, die we volgen tot aan het natuurreservaat Tiens Broek. Rechts van ons bevindt zich een hoge dijk, waarachter we de bezinkingsputten van de Tiense Suikerraffinaderij weten liggen. We kunnen niet aan de verleiding weerstaan om die te beklimmen en langs die relieken van de Tiense industrie verder te wandelen (niet echt pittoresk).

Tenslotte komen we in een bebouwde kom terecht, maar we zijn nog niet in Tienen, maar in de gemeente Grimde. We wandelen langs de gebouwen van de “Citrique Belge” (een van de grootste producenten van citroenzuur ter wereld) en komen even verder bij de Necropolis van Grimde. Hier zijn heel wat soldaten begraven die in de Eerste Wereldoorlog in de buurt gesneuveld zijn. De vroegere parochiekerk is een grote begraafplaats geworden. De deur is open en we brengen een kort bezoek. Daarna leiden de geelrode strepen ons naar het Drie Tumulipark, een groene vlek in dit gehucht met drie heuvels, die Romeinse grafmonumenten blijken te zijn. Uiteindelijk komen we weer terecht op het fietspad, dat we daarnet verlaten hebben om Grimde te verkennen. Die leidt ons met een grote bocht naar het centrum van Tienen.

Eerst passeren we nog de ruïnes van de Begijnhofkerk en dan gaat het linea recta naar de St. Germanuskerk. Die vereren we met een kort bezoek, waarna we ook nog langs de OLV-ten-Poelkerk wandelen. We komen terecht op de Grote Markt, die men  aan het heraanleggen is en veranderd is in een grote bouwwerf.  Even later bevinden we ons in de schaduw van de bomen van het stadspark. Vandaar is het nog maar een boogscheut tot aan de Viaductstraat en om 17u00 komen we voor de tweede keer aan in het station van Tienen, waar de trein naar Leuven niet lang op zich laat wachten.

3. Ransberg – Zichem : 32km : 21-05-2021

 

 

Detailkaart van de wandeling 

 

 

Ransberg

Mei 2021 blijkt geen maand te worden om te onthouden. Buiten het feit dat corona nog steeds het belangrijkste onderwerp is in het nieuws, is het ook nog eens de natste meimaand sinds lange tijd. Toch mogen we van geluk spreken vandaag. Na een week regen, schijnt de zon vanuit een stralend blauwe hemel. Als we Ransberg achter ons laten, kunnen de regenjassen in de rugzak blijven ! Een fleece kunnen we echter wel verdragen, want de wind laat zich goed voelen en het is nog geen 10 graden als we de eerste boomgaarden passeren. Vorige maand liepen we nog tussen de bloesems, maar die zijn nu verdwenen en de eerste kleine peertjes beginnen nu zichtbaar te worden.

De O.L. Vrouwekerk van Ransberg kunnen we nog een tijd achter ons zien liggen op zijn heuvel, maar dan steken we de Velpe over en doorkruisen het stille plaatsje Vroente. We kunnen de spits van de St. Armorkerk  van Kortenaken voor ons al onderscheiden, maar de GR laat het dorp rechts liggen. Langs veldwegen en grindpaden gaat het verder noordwaarts tot we in de verte de eerste windmolens ontwaren. We weten dan dat we de E 314 naderen. Er zal vandaag heel wat energie aangemaakt worden, gezien de strakke zuidwestenwind, die ons gelukkig een aardig steuntje in de rug geeft.

Om kwart voor elf bevinden we ons  tussen de imposante windmolens, die me met hun zwaaiende armen  doen denken aan het verhaal van Don Quichote. We steken de snelweg over en laten ons langs een mooi, dalend pad meevoeren richting Webbekom.  De GR voert ons met een boog rond het centrum van Webbekom en doet ons om 12 uur belanden bij een infopaneel in het Webbekoms Broek. We zetten ons op een bank met zicht op een mooie vijver en eten hier onze boterhammen op in de zon. Het hele laaggelegen gebied , waar we ons nu bevinden wordt gebruikt als overstromingsgebied van de Demer. Een win-win situatie voor de natuur en de stad Diest, dat zich nu beveiligd weet tegen overstromingen, die in het (nabije) verleden nog voorkwamen.

Wandelboom Schaffense Poort

We gaan verder langs een op een verhoogde dijk gelegen fietspad en moeten onze hoofddeksels vasthouden, om te beletten dat een stevige windvlaag ze niet meeneemt. Af en toe vliegen donkere wolken over ons heen, maar dan verschijnt de zon weer en we prijzen ons gelukkig dat de hemelsluizen nog dicht blijven. Langs een lang recht pad komen we bij de Demer en volgen die richting Diest. Die voert ons tot bij het bezoekerscentrum van het broek en wat verder beklimmen we  de (vroegere) omwalling van de stad. We wandelen hier tussen het groen met rechts van ons de oude vestinggracht. We passeren nog een oud ravelijn, een kunstmatig eiland in de vestinggracht en steken het sluizencomplex over, waar de Demer de stad binnenstroomt. Wat verder dalen we de omwalling af en bereiken zo de Schaffense Poort.

St.Sulpitiuskerk met Johan Berchmans

Op 26 mei 1996 stonden we hier ook toen we de GR 5 deden (zie GR5 Vlaanderen, 10. Averbode – Diest). Er zijn ondertussen heel wat GR wandelwegen bijgekomen en de wandelboom is ook niet meer dezelfde als toen. 25 jaar geleden voerde de GR 5 ons rond Diest, maar nu gaan we met de Streek GR dwarst door de stad.  Al snel komen we bij de (Oude) Demer in de stad en mogen we het enkele jaren geleden aangelegde vlonderpad op de rivier volgen. Voor we het weten leidt dit pad ons naar het volgende stuk groen in deze stad, het Park Cerckel. Vroeger bezit van een  nu verdwenen brouwerij zorgt het nu voor een mooi park in het centrum van de stad. Als we uit het park komen staan we bij de St. Sulpitiuskerk met zijn kleine vieringtoren, de ‘mosterdpot’. Aan de  zonnekant van de kerk vinden we – na een kort bezoek aan het gebedshuis zelf – datgene waar we al een tijd naar verlangen : een terras in de zon ! Sinds kort zijn die weer open en we zetten  ons bij de ‘Biertempel’ neer aan een tafeltje.

Maagdentoren, Zichem

Na een frisse Karmeliet moeten we maar een paar honderd meter stappen, of we bereiken al het volgend groen van het Citadelbos. Hier gaat het terug bergop tot we de ringweg van Diest oversteken en weer het platteland intrekken. De GR brengt ons bij de samenvloeiing van de Oude Demer en de (eigenlijke) Demer terug bij de rivier, en door deze vallei gaan we nu verder    westwaarts. Diegenen die op een vlakke route gerekend hebben, komen bedrogen uit. Na een tijdje worden we de uit de vallei gestuurd voor een beklimming (en afdaling) van de Vinkenberg. Terug in de vallei gaat het een tweede keer bergop en uit het niets krijgen we een beloning voor deze inspanning.  Een vriendelijke jongedame in een auto spreekt ons aan en biedt ons enkele versgeplukte aardbeien aan. In de verte zien we de koepel en toren van de basiliek van Scherpenheuvel en even verder ook de toren van de Abdij van Averbode.

Terug in de Demervallei, komen we  bij de bekende Maagdentoren van Zichem.  Dit betekent dat we bijna bij ons einddoel zijn, het station van Zichem. We moeten nog een paar honderd meter wandelen tot aan het station, waar de trein ons stipt op tijd oppikt.

4. Wezemaal – Zichem (32,3 km) :  04-06-2021

 

 

Detailkaart van de wandeling
Moedermeule, Gelrode

Om 8u00 ’s morgens worden we afgezet op de parking aan het Wezemaalplein te … Wezemaal. We gaan deze etappe van west naar oost lopen om (weer) te kunnen eindigen bij het station van Zichem om de trein naar Leuven te kunnen nemen. Het belooft een zonnige dag te worden, met een onweerachtig einde. Kwestie van de weer app in het oog te houden, zodat we de verwachte donder en regen kunnen voorblijven. Nadat we de bebouwde kom uit zijn, worden we via een smal paadje de Wijngaardberg opgestuurd. Een enorm H. Hartbeeld begroet ons op de plaats waar vroeger een windmolen stond. Terwijl we wat verder de overblijfselen van een ijzerzandsteengroeve (veel gebouwen – vooral kerken –  in de streek werden hiermee gebouwd) passeren, gaat het pad door de bossen flink op en af . Voorlopig zien we vooral boomgaarden op de flanken van de Wijngaardberg. De wijngaarden zullen voor de volgende wandeling zijn, denk ik.

O.L.Vrouwkerk, Aarschot

Wat verder doemen de eerste woningen van Gelrode op tussen het groen. Die worden al snel overschaduwd door het grote silhouet van de Moedermeule. Deze is nu mooi gerestaureerd en er is nu een brasserie in gevestigd. Spijtig genoeg zijn we te vroeg, dus zetten we onze weg verder naar de volgende hagelandse heuvel, de Eikelberg. Terwijl de St. Corneliuskerk van Gelrode achter ons tussen het groen verdwijnt, slaan we een lange rechte bosweg in, die ons langs een klein kapelletje (O.L.V. Morgenster) tot op de steile Papenakkerstraat brengt. We dalen die af en gaan rond de Schaapsvijver, die we niet zien door het groen, maar waar we wel de kikkers horen kwaken. Ter hoogte van de ’s Hertogenheide zien we dat de inspanningen van Natuur en Bos hun vruchten aan het afwerpen zijn. De heide is zich hier duidelijk aan het herstellen.

Rond 10u steken we de Ring van Aarschot over en beklimmen het steile paadje naar de top van de Kouterberg. Daar wacht ons bij de Orleansoren een mooi zicht op Aarschot. Het is een 16e eeuws overblijfsel van de 14e eeuwse stadsomwalling. Tussen de bomen door kunnen we al het silhouet onderscheiden van de mooie O.L.V. kerk. We dalen af naar de eerste woningen van de stad, laten het station links liggen en richten onze schreden naar de Statiestraat, die het mooi gerestaureerde oude begijnhof in 2 delen verdeelt. Enkele meters verder komen we langs de goed verborgen ’s Hertogenmolens, een 16e eeuws complex, dat nu tot hotel-restaurant is omgevormd. Via een mooi aangelegd pad langs de Demer wandelen we voorbij de kerk en worden we het stadspark ingeleid. Dan is het nog maar enkele meters voor we de Grote Markt bereiken, waar we besluiten op één van de terrassen een verfrissing  te gebruiken.

Wat later worden we langs de Oude Demerarm geleid en verderop de stad uit via een smal, vrij steil paadje een helling op. Het pad meandert door het bos en via een brede vallei komen we op de Leibergweg uit. Het is ondertussen al goed warm geworden en we vernemen dat het onweer ons rond 16u30 zal bereiken. Als we een tandje bijsteken, dan halen we Zichem misschien wel voor die tijd ! We stappen hier het natuurgebied Achter Schoonhoven in. Om half één komen we aan de oever van de Demer, wiens mooie meanders we nu gaan volgen tot in Langdorp. De St. Pieterskerk komt al snel in zicht en aan de overkant vinden we enkele opeengestapelde banken, waarvan we er één in de schaduw van een prachtige eik zetten om daar onze picknick te nuttigen.

Na het eten volgen we nog even de Demeroever en die zouden we eigenlijk tot in Zichem kunnen blijven volgen, maar de GR stuurt ons de vallei uit en de Bosberg op. In de bossen boven op de heuvel worden we bestookt door een eskader muggen, en dat zullen we geweten hebben. We stappen daarom ook flink door en dalen via de Testeltsesteenweg terug af naar de Demervallei. Daar volgen we meer dan een uur lang een breed pad oostwaarts. Enkele gele lissen brengen wat kleur in het geheel, maar het wordt pas interessant als we terug aan de oever van de Demer terechtkomen. We vinden daar een erg smal pad tussen het hoge gras. Het wordt nu wel erg warm, wat waarschijnlijk betekent dat het onweer stilaan dichterbij komt. De St. Pieterskerk van Testelt komt  in zicht, maar lijkt

Zichem

maar niet dichterbij te komen. Als we in het dorp  aankomen, besluiten we maar direct door te gaan naar Zichem, want donkere wolken  zijn zich ten oosten van ons aan het samenpakken. Als we langs de spoorlijn het dorp uitwandelen, treffen we enkele bewoners aan, die hun voortuintje aan het bewerken zijn, en die zijn zo goed om ons te voorzien van extra water, want onze flessen zijn bijna leeg. En dan schakelen we een versnelling hoger, want het is al 15u20 en er zijn nog goede 5 km af te leggen.

We stappen hier langs de Demerbroeken, maar daar hebben we eigenlijk niet echt oog voor. We kijken eerder over onze rechterschouder en achterom, waar de onweerwolken snel dichterbij lijken te komen. Als de kerk van Zichem in zicht komt, voelen we enkele druppels, maar gelukkig blijft het daarbij. We hadden gepland de trein van 17u21 te nemen, maar gezien het nog maar  16u05 is, kunnen  we die van een uur vroeger pakken. En dat is maar goed ook, want we zitten nog maar goed en wel een paar minuten op het toestel of  er barst een onweer los en van achter het raam van de wagon zien we stromen water en hagel de wegen en velden overspoelen. Dat hebben we gelukkig vermeden !

5. Wezemaal – Leuven (Abdij van Park) (37,3 km) : 25-10-2021

 

 

Wijngaardberg

We hadden afgesproken om de Streek GR Hageland nog dit jaar af te wandelen, maar ondertussen worden de dagen korter en korter en tussen Wezemaal en de Abdij van Park (in vogelvlucht een goede 15 km van elkaar verwijderd) laat de GR ons nog meer dan 35 km heen en weer wandelen door het mooie Hageland. Tussen zonsopgang en ondergang zijn er nog maar 10 uren licht en die zullen we helemaal nodig hebben, als we onderweg nog wat willen rusten.

De zon is dan ook nog maar net op als we om 8u45 langs de St. Martinuskerk van Wezemaal onze eerste stappen zetten richting Leuven.  Al snel beginnen we aan de klim van de zuidflank van de Wijngaardberg. Een waterig zonnetje in het oosten probeert ons te verwarmen, maar we warmen meer op aan de klim die we moeten doen om aan de befaamde wijnmuur te geraken. Die bestaat uit ijzerzandsteen en is recent hersteld in zijn oude glorie. We dalen later de zuiderhelling weer af door één van de recent (sinds 1970) heraangelegde wijngaarden. Voor ons zien we de uitgestrekte Wingevallei met de A2, die met zijn zacht gezoem ons nog even zal begeleiden.

We steken dat asfaltlint even later over en beklimmen wat verder de volgende Hagelandse heuvel, de Beninksberg. Vele velden zijn volledig geel gekleurd. Het is geen koolzaad, zoals we eerste denken, maar Gele Mosterd, dat ook gebruikt wordt als  groenbemester. Het brengt een aangename afwisseling in het grotendeels groene landschap. Op de zuidflank van deze heuvel wandelen we ook langs enkele wijngaarden, onder andere die van het Domein Graevenberger. We dalen verder af in de Wingevallei tot we de beek zelf bereiken en die volgen tot we aan de Grote Vijver van Horst komen en we het bekende kasteel voor ons zien liggen.

Kasteel van Horst
Kasteel van Horst

Ik heb het al vele malen gezien, maar het laat niet na telkens weer indruk op me te maken zoals het daar ligt omringd door het rimpelloze water. Spijtig genoeg is de brasserie niet open, zodat we zonder lang te wachten onze weg hervatten. De GR 512 houdt ons even gezelschap tot we St. Pieters-Rode voorgoed achter ons laten en weer de velden intrekken. Een kwartier later komen we in het centrum van Kortrijk-Dutsel uit bij de (grotendeels) uit ijzerzandsteen gebouwde 11e eeuwse St. Catharinakerk (volgens de topogids de oudste kerktoren van Vlaams-Brabant). 

We komen op een mooie, langzaam stijgende holle weg terecht en volgen die tot bovenaan bij de kapel OLV van Speelberg, niet echt de mooiste kapel van de omgeving. Dan duiken we een smalle, holle weg in, die ons weer onderaan de Speelberg brengt en wat verder om 12u30 ook bij een infobord van het Chartreuzenbos. Hier vinden we een bank, waar we onze boterhammen op een wat comfortabele wijze kunnen verorberen. Het doet deugd om na een dikke 16 km even de benen te laten rusten. We zijn bijna halfweg ! Na 20 minuten is het weer tijd om verder te gaan en de volgende heuvel aan te vatten, de Chatreuzenberg. We wandelen voorbij het gesloten restaurant. ‘Het Bed van Napoleon’ en worden omringd door het groen van het bos. We krijgen nog een afdaling en een flinke klim uit een bospad, de Zounk genaamd, voorgeschoteld.

Zonder het te beseffen zijn de ondertussen op de Kesselberg terecht gekomen en ik hoop dat de route ondertussen zijn oorspronkelijke traject langs het mooie uitzichtpunt over Leuven heeft teruggekregen, maar een bord met daarop de omleiding doet die hoop al vlug de bodem in slaan. Na een korte, maar steile afdaling komen we op de Wilselsesteenweg terecht. Over verharde fiets- en wandelpaadjes leidt de GR ons langs de rand van het Provinciaal Domein tot we de toren van de abdij van Vlierbeek voor ons zien opdoemen. Hier wijken we van de Streek GR af om in het ‘Estaminet In den Rozenkrans’ een deugddoende halte in te lassen. Het is er echt gezellig en niet druk en terwijl enkele schaarse zonnestralen door de vensters schijnen, brengen we een aangenaam uurtje door in het café met een verdiend glas gerstenat voor ons op tafel.

Abdij van Park, Leuven

De abdij is hooguit een 4 km verwijderd van het einddoel van deze dag, maar als we om 16u de deur achter ons dicht doen, stuurt de GR ons oostwaarts en beseffen we dat we nog een 10 km voor de boeg hebben. Via het kaarsrechte Negenbunderpad, waar we regelmatig de kant moeten induiken voor voorbijkomende tweewielers, stuurt men ons het mooie Lindenbos in. In het centrum van Linden staat een verkoper van ijsjes de plaatselijke jeugd op te vangen die de scholen verlaat. Wij maken er dankbaar gebruik van om ieder enkele bollen ijs te kopen. Dat smaakt en je moet niet stoppen met wandelen. Aan de overkant van de Diestsesteenweg beginnen we aan een reeks bloemrijke wandelpaden (Rozenpad, Heidebloempad), die ons tot in het gehucht Bovenlo brengen. Onderweg zien we in de verte Leuven liggen.

Wat verder op de Predikherenberg kunnen we aan de zuidelijke einder de donkere schaduw van het Meerdaalwoud onderscheiden. Dit blijkt toch de laatste van het zevental ‘bergen’ te zijn, die we vandaag overschreden hebben. Vanaf nu gaat het dalwaarts en vanop een spoorwegbrug zien we ons einddoel liggen, de abdij van Park. Om 18u30, net als de zon ondergaat, bereiken we de wandelpaal, waar we zeven maanden geleden begonnen zijn aan onze tocht. De cirkel is rond .We hebben deze mooie streek GR in onze eigen achtertuin verkend en de moeite waard bevonden.

Scroll naar boven