4 Costa Vicentina, Portugal

Rota Vicentina : Februari – Maart 2015

 

Inleiding : 25 februari 2015

 

De Rota Vicentina is een onderdeel van de GR11/E9 en is grotendeels gesitueerd in het Parque Natural do Sudoeste Alentejano e Costa Vicentina. Deze wandelweg is onderverdeeld in 2 delen: het historische deel is ongeveer 230km lang en loopt in 12 etappes van Santiago de Cacem naar Cabo de Sao Vicente grotendeels door het binnenland van de Alentejo en Algarve, parallel met de Atlantische kust. Het tweede deel is het Visserswandelpad dat zich hier en daar afscheidt van de historische weg en die zo’n 120km lang is en vlak naast de kust loopt. De bedoeling van deze wandelwegen is om dit deel van Portugal te ontsluiten voor duurzaam toerisme.

 

Woensdag 25-02-2015 : Kontich -Aljezur

 

’s Morgensvroeg om 3u45 opstaan om rond 16u00 aan te komen in Aljezur. Eerste vlucht van Zaventem naar Lissabon, tweede vlucht van Lissabon naar Faro, met de taxi naar het treinstation in Faro, met de trein naar Lagos, met de bus naar Aljezur en de laatste 500m te voet tot het hotel.  We zijn nog niet moe genoeg en doen in Aljezur nog de historische stadswandeling (PR1 AJZ) langs de lokale bezienswaardigheden, waaronder vooral de resten van het Moorse kasteel uit de Middeleeuwen opvallen.

1. Praia da Arrifana -Aljezur : 26 februari 2015 : 19km

 

We worden ’s morgens met de taxi naar het strand van Arrifana gebracht, bekend bij surfers, maar vandaag is er geen surfer te bekennen. We verlaten de bewoonde wereld en worden onmiddellijk het struikgewas in gestuurd (de cistusstruiken geuren heerlijk. We lopen nu parallel met de vallei, Vale da Telha, en na 1km naderen we de klippen langs de Atlantische Oceaan, waar een bankje ons uitnodigt om even te genieten van het uitzicht. We lopen door het Parque Natural en dadelijk valt op dat er hier al veel voorjaarsbloemen bloeien. Er staat een stevige bries uit het noordwesten, maar de zon en het uitzicht maken alles goed. Een lange broek is hier wel nuttig ter bescherming tegen allerlei doornige struiken. We moeten ook nog even door een moerassige zone met pitrusgras.

We volgen de blauw-groene markeringen van het Visserswandelpad noordwaarts en ploeteren regelmatig door het losse duinzand. Na enkele kilometers bereiken we het surfersnest Monte Clerigo, maar ook hier geen spoor van surfers. Een strandrestaurantje is al geopend en het terras is bevolkt met Engelse expats en toeristen. Voor ons ook een pintje, aub. Daarna gaan we picknicken op het strand, achter een rotsblok uit de wind. Na een halfuurtje keren we landinwaarts terug naar ons hotel.

Het eerste deel van de terugtocht loopt nogal eentonig over een asfaltweg tot bij een uitgebreid vakantiedorp. Daarna duiken we terug de natuur in en lopen gedeeltelijk rond een stuwmeertje. We dalen af en klimmen daarna weer uit een vallei gevormd door de Barranco do Vale da Telha. We wandelen nu door eucalyptus- en dennenbossen. Een 4-tal kilometers voor Aljezur schakelen we over op de rood-witte markeringen van de historische weg. We passeren nog enkele ‘ecologische’ villa’s en bereiken tenslotte Aljezur.

2. Rogil -Odeceixe : 27 februari 2015 : 15km

 

De taxichauffeur zet ons af in het centrum van Rogil, een 6-tal kilometers ten noorden van Aljezur. We verlaten snel de hoofdweg en na enkele honderden meters komen we aan een waterkanaal, alhier (en ook in Madeira) ‘levada’ genoemd. Dit kanaal is niet zoals op Madeira uitgehouwen in de rotsen, maar is gewoon een betonnen kanaal ter irrigatie van landbouwzones. We volgen hier weer de historische weg door het binnenland en zien vooral akkers en weiden met hier en daar een koewachter met zijn kudde.

Na enkele kilometers verlaten we de historische weg en trekken we richting kust. We laten het dorpje Maria Vinagre (Maria Azijn?) rechts liggen en ontmoeten voor de eerste keer wandelaars die blijkbaar ook de Rota Vicentina volgen, maar dan in de tegengestelde richting. We bereiken weer de kliffen en volgen die noordwaarts naar Praia de Odeceixe. Ook hier is in dit seizoen weinig leven te bespeuren, geen cafeetje open voor een frisse pint en we trekken oostwaarts langs de Ribeiro de Odeceixe naar onze rustplaats voor vanavond.

Hier is het weer enkele kilometers lopen langs een asfaltbaan en later in de vallei tussen de koeien. Odeceixe is weer zo’n rustig dorpje waar voorlopig weinig beweegt, maar in het hoogseizoen is het een stuk drukker. Nu zijn de meeste restaurantjes en B&B’s nog gesloten.We lopen over een mooi, klein rechthoekig pleintje en bereiken de Hospedaria Celeste. Dona Celeste is een kleine, behulpzame, maar kranige dame op leeftijd. Ook deze keer zijn wij de enige gasten en mogen we kiezen uit een 4-tal kamers.

Na een korte pauze besluit ik het dorpje even te verkennen en klim tot het hoogste punt waar nog een authentieke windmolen staat.

3. Sao Teotonio – Odeceixe : 28 februari 2015 : 17km

 

We worden in het centrum van het agrarische dorp Sao Teotonio voor de kerk afgezet. Het is te merken dat het zaterdag is want groepjes mannen hangen rond op het plein of op de terrasjes.

 

Vandaag wordt het wandeling door het achterland tussen eucalyptus- en kurkeikbossen. Hier zouden ook medronhos of aardbeibomen moeten staan waarvan de vruchten gebruikt worden om een lokale brandewijn te maken, maar die hebben we niet gezien of ten minste niet herkend, de brandewijn hebben we wel gedronken. We volgen vandaag weer de rood-witte markeringen van de GR11 of de historische weg van de Rota Vicentina.

We verlaten al snel het dorpje en in een beekvallei bemerken we onze eerste kurkeiken in min of meer ontmantelde toestand. Na een tijdje bereiken we een plateau met heidebegroeiing en een kikkerpoel. Wat verder op een top in een uitgedund kurkeikenbos, hebben we een mooi zicht op de Serra de Monchique, met 900 meter de hoogste berg van de Algarve. Verder valt er niet veel te beleven onderweg ……. bomen en bossen, heuvel op en heuvel af.

We volgen de bedding van het beekje Fecho, dat 1,5km verder aansluit op de vallei van een ander beekje Cerrado. We passeren enkele ruines van boerderijen en een beetje verder is er een pittige klim 130m omhoog, die ons leidt naar de Malpensado, 189m hoog. Hier hebben we een prachtig uitzicht voor onze picknick. Tijdens onze picknickpauze passeren enkele mountainbikers. Daarna gaat het weer bergop en bergaf. Eerst door de vallei van de Ribeiro do Cerrado en dan tot bij het gehuchtje Vale de Alhos (knoflookvallei) waar we op een asfaltweg belanden die wezo’n 3km volgen tot in São Miguel. Dan gaat het weer terug enkele kilometers door het groen totdat we terug Odeceixe bereiken.

4.Odeceixe -Zambujeira do Mar : 1 maart 2015: 18km

 

Vandaag wordt het weer een prachtige wandeling over de kliffen met uitzicht over de zee en de ooievaarsnesten en de geur van cistus en veel andere kruiden. Het begint al goed want na 1km kan de fleece al uit, de zon straalt en er is bijna geen wind.

We volgen de blauw-groene markering van de vissersroute en de Ribeiro de Odeceixe nu stroomafwaarts en bereiken na een uurtje weer de kliffen. Vanaf het strand van Odeceixe gaat het naar Azenha do Mar, een vissersdorpje, zo’n 3km verder. Op een leuk uitkijkpunt bij het dorpje staat een bankje, ideaal voor onze picknick. Daarna vinden we nog een leuk cafeetje voor een frisse Sagres.

We lopen eerst nog langs de visserswijk en dan langs een pad met mimosabomen.Een paar kilometers na Azenha zien we op de klippen een prachtige witte villa, die nog toebehoorde aan wijlen Portugal’s bekendste fadozangeres Amalia Rodrigues. Beneden aan de kliffen ligt de Praia de Amalia. We moeten met een grote boog rond de villa. Enkele kilometers verder stuiten we op een afsluiting van wel 2m50 hoog, die bovendien nog geëlektrificeerd is. Over een breedte van zeker 20m heeft men alle bomen en struiken verwijderd. Waarvoor ? We zien eerst enkele struisvogels en wat later nog een aantal hertjes. Voldoende voor deze kaalslag?

Een beetje verder komen we aan het mooie strand van Praia do Carvalho of Carvalhal. Op het strand zit een Engelse dame die wel zin heeft in een babbel. Ze is samen met haar man en hun camper 2 maanden op reis in Portugal. Zoiets brengt een mens op ideeën.

 

Maar wij moeten verder, er resten ons nog enkele kilometers tot ons eindpunt. In Zambujeira zetten we ons neer op het eerste het beste terrasje voor een koel drankje en begeven ons daarna naar ons verblijf: Rosa dos Ventos (Windroos).  Deze avond eten we een lekkere visschotel in restaurant Miramar, afgesloten met uma bica e um bagaço (eigenlijk een medronho). Vandaag was misschien wel de mooiste wandeldag en het beste avondmaal.

5. Almograve – Zambujeira do Mar : 2 maart 2015 : 20km

 

Vanmorgen gaat het in volle vaart (tot 130km/u) met de taxi naar ons noordelijkste punt: de Praia do Almograve. Vandaag dus weer een wandeling langs de kust maar deze keer van noord naar zuid, dus met de wind in de rug. De zon laat zich tijdens het eerste deel van de dag niet zien; slechts laat in de namiddag komt ze te voorschijn.

De eerste kilometers tot Lapa das Pombas (een minivissershaventje) lopen we over een brede grindweg. Daarna wordt het weer baggeren door het mulle duinzand: aan de ene kant de kliffen in vele kleuren van geel en oranje tot zwart en aan de andere kant een brede duinengordel.

Na een tijdje komt de vuurtoren van Cavaleiro (Farol do Sardao) in zicht. We verwijderen ons 1km van de kust op zoek naar een cafeetje in Cavaleiro, maar voor we het goed en wel beseffen, zijn we al door het dorpje en komt de vuurtoren in zicht. Achter de vuurtoren zoeken we plaatsje uit de wind voor onze picknick. We bevinden ons hier bij Cabo Sardão en ook hier weer zien we verschillende ooievaarsnesten op de rotsen voor de kust.

We volgen weer de kustlijn en lopen gedurende enkele kilometers naast een omheining. Omdat we te nieuwsgierig zijn om te ontdekken wat zich achter die draad bevindt, missen we ergens een afslag en een eind verderop stellen we vast dat we toch al een hele tijd geen blauw-groene merktekens hebben gezien. Maar we willen niet op onze stappen terugkeren. Het binnenland heeft ook zijn charmes en hier geen mul duinzand zodat we goed kunnen doorstappen. Met de kaart en een simpele GPS komen we er ook wel ook al moeten we enkele kilometers wandelen langs een asfaltweg.

Als de zon er eindelijk doorkomt,zien we eindelijk de antenne/radar van Entrada da Barca, een kleine vissershaven. Hier staan ook nog enkele vissershuisjes met allerlei soort visgerei voor de deur. Hier vinden we voor de eerste keer vandaag een cafeetje dat open is ‘O Sacas’. De laatste 3 kilometers naar Zambujeira do Mar zijn niet echt spectaculair: we volgen weer een rijweg, zij het dat er deze keer een aparte strook gereserveerd werd voor wandelaars met hier en daar rustplaatsen en knuppelpaadjes die naar de kliffen voeren, maar waarvan je dan telkens moet terugkeren. De laatste honderden meters mogen we dan toch weer langs de klippen en zo kunnen we dan afscheid nemen van de Costa Vicentina met een laatste blik over deze prachtige kust.

Epiloog

 

Einde van de wandelingen …. nu nog terug naar huis in 2 dagen.

Dag 1

Met de taxi naar São Teotonio, daarna met de snelbus naar Lagos. Daar wilden we eerst nog de stad bezoeken, maar onze treinverbinding liet ons onvoldoende tijd. 1U40 later zijn we in Faro. We bezoeken het stadje en eten een ijsje op een terrasje aan de haven.

Dag 2

In de voormiddag met de taxi naar de luchthaven, een korte vlucht naar Lissabon en een langere vlucht naar Brussel. En dan nog met de trein naar huis.

Het was een aangename hernieuwde kennismaking met het Portugal van mijn jeugd. De Costa Vicentina is gelukkig nog niet zo overrompeld door het toerisme en heeft nog veel van zijn charme en authenticiteit bewaard. We waren er ook in een periode dat de toeristenstroom nog niet zo sterk is. Bovendien hadden we ook veel geluk met het weer: geen druppel regen, regelmatig zon, ook regelmatig bewolkt, maar temperaturen tussen 16 en 20°C ….. ideaal wandelweer. Andermaal een echte aanrader!

Scroll naar boven