Krijt 3

Vandaag wordt het een lange dag en dus we willen een vroege start maken. Gezien we  maar vanaf  8u kunnen ontbijten, staan onze rugzakken al klaar als we naar de ontbijtzaal van het hotel gaan.

                                           Door het Vijlenerbosch

We zorgen dat onze magen goed gevuld zijn  en met een lunchpakket  in de brooddoos, pikken we de geelrode streepjes terug op. We gaan een tweede keer langs de volmolen en blijven nog even de vallei van de Geul volgen.  Gisteren zagen we aan de einder al de omtrek van het Vijlenerbos liggen op de volgende heuvelkam en die richting draaien we even later dan ook uit. Het gaat even flink heuvelopwaarts, maar wat later vlakt het af en kunnen we aan de bosrand nog een laatste blik werpen op Epen in de Geulvallei achter ons. Dan verdwijnen we voor de volgende 2,5 uur tussen het groen. Nu en dan komen we enkele wandelaars tegen met min of meer grote rugzakken, die het streekpad in de andere richting volgen. We merken dat de geelrode streepjes hier iets minder voorkomen dan op de GR’s in Vlaanderen.  Soms moeten we wat zoeken maar met de hulp van de Osmand  app op mijn smartphone lopen we nergens mis.

                                        Boscafé ’t Hijgend Hert

We trekken van de zuid- naar de noordkant van het bos en zien in de verte de smalle torenspits van Vijlen boven de vlakte uitsteken.  Om iets voor half elf besluiten we om ons even op het terras te zetten van ’t Hijgend Hert, een boscafé dat zich ideaal voor ons ongeveer in het midden van onze weg doorheen het groen bevindt.  Het is weekend en er verzamelen zich hier al heel wat groepen en enkelingen, die deze zonnige dag sportief willen doorbrengen. Na een tas thee vervolgen wij onze weg en volgen nu meer de bosrand vanwaar we regelmatig een mooi zicht hebben op het groen, golvende landschap. Het pad brengt ons nog langs enkele prehistorische grafheuvels (3500 tot 5000 jaar oud) en via enkele steile, en toch wel erg smalle paadjes komen we tenslotte aan de bosrand. Een koekoek wenst ons nog een laatste vaarwel voor we de weldoende schaduw van de bossen achter ons laten.

                                                  Vaals Drielandenpunt

We blijven oostwaarts gaan deze keer langs een pad doorheen golvende velden. Zo komen we op de verkeersweg van Vaals naar Plombières bijna op de grens met België. Ik kan het niet laten om even naar de grenspaal te zoeken, waar we even een voet in ons vaderland zetten om dan onze weg weer te hervatten. Doorheen het Preusbos gaat het dan via enkele steile klimmetjes naar het Drielandenpunt. Daar wacht ons een kleine schok, want we belanden tussen een massa toeristen. Buiten een grote hoeveelheid Nederlanders, Belgen en Duitsers komen we hier ook een heleboel andere nationaliteiten tegen. Twee koppels Indiërs (of waren het Pakistani) vragen ons van hen wat foto’s te nemen op Neërlands hoogste punt, 322,5 meter boven het A.P. Fietsers, wandelaars, families met kleine kinderen zitten op de vele beschikbare terrassen en genieten van de heerlijke lentezon.

Na onze picknick en een verfrissing verlaten we het gewoel en dalen via een pad langs de Duits-Nederlandse grens af naar het plaatsje Vaals. Onderweg kunnen we nog een bonte specht spotten. Langs de Viergrenzenweg, waar we heel wat auto’s met duitse nummerplaten opmerken, komen we bij de Protestantse kerk van Vaals terecht en belanden na wat omzwervingen in een mooi parkje met een grote vijver. Het Krijtlandpad voert ons buiten Vaals nog door een vakantiepark voor we terug in de vrije natuur belanden. We blijven echter grotendeels op asfalt tot we bij het kerkje van Holset uitkomen.

                                                              Holset

Achteraf vernemen we dat het een bedevaartsoord blijkt te zijn (van de Heilige Genoveva), maar nu is het er erg rustig. Vooruit dan maar naar ons volgende doel, en dat zien we al van verre liggen en niet voor de eerste keer. Deze voormiddag hebben we ook al de ranke torenspits van Vijlen opgemerkt. Vijlen zou het hoogstgelegen dorp van Nederland zijn (242 m) en zichzelf het “enige bergdorpje van Nederland” noemen.  En daar gaat onze weg nu naar toe. Langs een mooi pad door het Mechelderbeekdal komen we in het centrum uit bij de kerk. We hebben daarvoor wel het Krijtlandpad even moeten verlaten, maar het terras van een plaatselijke auberge wenkt ons.

We hebben nog zo een dikke 8 kilometer voor de boeg, dus trekken we even later terug de velden in. Langs paden en min of meer verharde wegen gaat het verder noordwestwaarts door het golvende landschap met af en toe mooie vergezichten. Een volgend ‘hoogtepunt’ bereiken we een 2 km na het plaatsje Nijswiller op de Kruisberg.  Hier komen 6 wegen samen en in de welkome schaduw van een eik zetten we ons even neer om op adem te komen en de laatste druppels uit onze drinkbussen op te drinken. Uit alle richtingen komen hier fietsers voorbij.  Het pad stuurt ons verderop nog langs enkele oorlogsmonumenten, terwijl we in de vallei ten zuiden van ons al de huizen van Wittem zien opduiken.  Als we dichterbij kunnen we ook de toren van het redemptoristenklooster herkennen, en weten we dat we stilaan aan het eind van deze lange wandeldag zijn gekomen.  Langs de Wittemer Allee vinden we ons hotel, waar een verfrissende douche en een zacht bed op ons wacht.

Scroll naar boven